* ( het verbum) : الماضي البسيط
*het imperfectum*
voorbeeld: مثال
1- in de periode 1990 – 2000 الفعل (gebruiken) de mensen in Nederland steeds vaker hun pinpas .
في الفتره بين 1990/2000/ استخدم الهولنديين بشكل متزايد بطائقهم الإئتمانيه
2-in 1990 الفعل (pinden) de mensen in Nederland ongeveer zestien miljoen keer.
في سنه 1990 أدّى الهولنديه بإستخدام بطائقهم الائتمنانيه حوالي 16 مليون مره .
3- De aantal الفعل (groeide ) in de periode 1990/ 1995/ naar 226 miljoen keer
* هذا العدد ازداد في فتره مابين 1990/ 1995/ الى 226 مليون مره
_________
هذه الأفعال (gebruiken- pinden -groeide ) مصرفه في الماضي البسيط او مايسمى (imperfectum) .
__________
متى أستخدم الماضي البسيط؟ : يستحدم الماضي البسيط في الاحداث الواقعه في الماضي أو في وقت سابق
*- je gebruikt ze voor iets wat in het (verleden ) الماضي of (vroeger) وقت سابق gebeurd is.
_________
الأفعال الخاضعه للتصريف ) : ? hoe maak je de imperfectum vromen
1- تقوم بتصريف الفعل في الحاضر أولاً ثم تاخد ( ik – vorm) تعني شكل التصريق للفعل بالنسبه للمتكلم الحاضر (أنا)
2-تضيف اليه (te-de) بالنسبه لضمائر الفاعل أو #الفاعل التي تدل على المفرد #مثال( ik -hij-zij -je)
3-تضيف (ten of den) بالنسبه لضمائر الفاعل أو الفاعل (wij -jullie -zij )
(je neemt (ik vorm ) van het presens en je zet in de (singularis) de of te achter de presens vorm in de pluralis zet je (den of ten )achter de persen vorm).
- كيف أعرف الحاله التي يجب أن أضع بها (ten- te)
- وكيف أعرف الحاله التي يجب أن أضع بها (de -den)
القاعده : ننظر إلى الحرف الأخير يعني شكل تصريف الفعل بالنسبه للمتكلم الحاضر (ik vorm) أحد هذه الحرف (s-f-t-k-c h-p) نختار ten -of -te
أذا كان الحرف الأخير غير تلك الحروف نضيف (de -den)
voorbeeld: عن الأفعال التي تخضع للماضي البسيط
gebruiken : استعمل
ik: gebruikte
jij/ je/ : gebruikte
we – wij : gebruikten
jullie -ze- zij : gebruiken
pinnen : ألأداء في البطاقه المصرفيه
ik : pinde
jij / hij :pinde
we – wij :pinden
jullie -ze- zij: pinden
أخيراً: هناك بعض الأفعال الشاده لاتخضع لتصريف الماضي البسيط ولايوجد قاعده معينه لتصريف ذلك ماعليك سوى حفظ الأفعال :
de imperfectum vorm van de onregelmatige verba moet je leren : er zijn geen regels
بعض الأفعال الشاذه
drinken شرب
ik :dronk
hij / jij zij: dronk
we- wij : dronken
jullie :dronken
denken: فكر أو اعتقد
ik :dacht
hij / jij zij: dacht
we- wij: dachten
jullie :dachten
eten: أكل
ik :at
hij -jij – zij : at
wie -wij : aten
jullie :aten
_______النهايه :
التعليقات